Kleine Struis is bang. Eigenlijk is hij overal bang voor. De enige plek waar hij zich net zo veilig voelt als in het ei, is onder de grond. Dus stopt Kleine Struis zijn kop onder de grond. Terwijl er zoveel leuke en bijzondere dingen om heen gebeuren, ziet Struis niets.
Af en toe komen de dieren van de Savanne even kijken bij Kleine Struis, maar hij laat zich door niemand zijn veilige plek uit lokken. Tot er een struisvogelmeisje komt kijken...
Prachtig boek over bang zijn en (dus) ook over dapper zijn. De tekeningen zijn gedetailleerd en er zitten veel grapjes in. Bijvoorbeeld alle dieren die komen kijken bij Kleine Struis, en een olifant die enorme hoeveelheden aan het poepen is.
Mooi is ook dat alles onder de grond zwart, wit en grijs is, terwijl er boven de grond veel kleur is.
Het taalgebruik is aan de moeilijke kant, maar dat kun je bij het voorlezen eventueel aanpassen.
Uitgeverij Lannoo heeft gezorgd voor een uitgebreide lesbrief bij dit boek. Dit boek is het tweede deel in de reeks Superdieren, die gaat over persoonlijke ontwikkeling.
🙂 🙂 🙂 🙂
Kleine Struis - Kim Crabeels en Marije Tolman
Lannoo - 2018